Wie die naam ooit bedacht heeft, is denk ik geen hondenliefhebber, want deze dog ears knippen we af. Anders heb je heel veel propjes stof aan de achterkant van je patchwork zitten. Dat is lastig als je er nog meer stukjes aan gaat naaien. Dan wordt het helemaal een drukke boel daar aan de achterkant. Het geeft bobbeltjes. Je krijgt de kruispuntjes van al die stukjes niet meer zo netjes. En het zit in de weg als je de tussenvulling en de achterkant eraan maakt en je project gaat quilten. Nou ja, even de schaar er langs en het probleem is opgelost, toch?
Die driehoeken, met hun eindeloos lange punten, zijn voor menig quilter een bron van grote stress en irritatie (je merkt het, ik blijf netjes). Wie wel eens geprobeerd heeft om de lange, schuine, kant van een driehoek aan de zijkant van een vierkant te naaien, weet hoe vaak je het genaaide resultaat moet uithalen om ervoor te zorgen dat die driehoek precies op de goede plaats komt. Die schuine kant is nl. langer dan de zijkant van het vierkant. Probeer hem dan maar eens precies in het midden te krijgen. Dan steekt de driehoek aan de linkerkant weer verder uit dan rechts, heb je het net uitgehaald, en dan steekt de andere kant weer uit. Weer loshalen? De rand van je driehoek is inmiddels een heel eind gerafeld en uitgerekt. Dus als je denkt, boeien, dan ik laat het lekker zitten, en je vouwt de driehoek en het vierkant uit elkaar: blijk je ineens een huisje gemaakt te hebben zoals een peuter het tekent: met een scheef dak. Als dat is wat je wilt maken, prima, maar meestal moet er nog meer aan vast genaaid worden om dat mooie patroon te maken. En dat lukt dan niet meer.
Je gooit het gefrustreerd in een hoek, gaat lekker een Netflix serie bingen en de koektrommel leegeten. En misschien begin je wel nooit meer aan een ander project.